Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Basedow

betekenis & definitie

Basedow (Johannes Bernard), geb. te Hamburg 1723, overl. te Maagdenburg 1790, vermaard paedagoog, verbreider van Rousseau’s denkbeelden in Duitschland, stichter van het Philantropeum te Dessau (1774), in welke inrichting die denkbeelden zouden worden toegepast, doch dat slechts vier jaren bleef bestaan. — B., aanvankelijk theoloog, dan huisonderwijzer, later hoogleer. in de godgeleerdheid en de zedekunde te Soroe in Denemarken, werd gewantrouwd wegens zijne onrechtzinnige begrippen en dientengevolge van zijn ambt ontheven; doch door invloed van den Minister Bernstoff behield hij zijn jaarwedde. — Nu wijdde B., met Rousseau’s Emile kennis gemaakt hebbende, zich geheel aan de paedagogiek en schreef o.a. (in 1770) zijn: Methodenboek voor de vaders en de moeders der huisgezinnen en der volkeren en (in 1774) zijn: Elementaarwerk, waarin hij zich voorstelde een verbeterden Orbis pictus (Comenius) te leveren. B. had wel slag om veel van zich te doen spreken; doch het ontbrak hem aan ernst, tact en volharding om practisch iets degelijks tot stand te brengen. Zijn instituut te Dessau werd door Campe voortgezet. Zie voorts PHILANTHROPINISME.