Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Annuïteit

betekenis & definitie

Annuïteit - noemt men het bedrag, jaarlijks, voor rentebetaling en aflossing in een bepaald aantal jaren, vereischt bij eene regeling, waarbij deze, tot één bedrag tezamen gevoegd, gedurende al de jaren, dat de schuld niet geheel zal zijn gedelgd, dezelfde lasten medebrengen. De annuïteitsvorm is zoowel bij leeningen aan particulieren (b.v. door hypotheekbanken) als bij staatsleeningen niet ongebruikelijk. Bij onze staatsleeningen van 1895, 1898,1899, 1905, en 1910 is telkens deze vorm gekozen.

De a. kan gelijkblijvend zijn of er kan tusschen de opeenvolgende aflossingen een bepaald verband bestaan. De grootte van annuïteiten, die tegen verschillende percenten een schuld gelijk aan de eenheid delgen, vindt men in annuïteitentafels, o. a. in Baerlocher (Zürich 1885), Werker (Utrecht 1893), Pereire (Paris, 1882).