Anastomose - 1) in de ontleedk., in het algemeen de verbinding tusschen twee bloedvaten, zooals dit herhaaldelijk bij aderen voorkomt. Ook wanneer een tak van een zenuw zich afsplitst om den loop van een andere zenuw te volgen, spreekt men van a. In de chirurgie spreekt men van a., wanneer men een verbinding tusschen de holten van twee organen heeft gemaakt b.v. gastro-entero(ana)stomose: een kunstmatig aangelegde verbinding tusschen maag en darm.
2) In de plantk. zijn anastomosen dunne bladnerven, die dikke nerven met elkaar verbinden. Het woord wordt ook gebruikt om verbindingen tusschen cellen aan te geven, b.v. bij schimmeldraden of melksapcellen.
