Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

zintuigcel

betekenis & definitie

v./m. (-len), een voor prikkeling specifiek gevoelige cel.

(e) Men onderscheidt primaire, bipolaire en secundaire zintuigcellen. De primaire zintuigcel (of zintuigzenuwcel) is de meest oorspronkelijke vorm; het is een prikkelgevoelige opperhuidcel, die een eigen zenuwuitloper (neuriet, →zenuwcel) heeft, waarlangs de impulsen voortgeleid worden naar het centraal zenuwstelsel. Dit type zintuigcel is kenmerkend voor ongewervelde dieren. Bij de gewervelden vindt men ze nog slechts in het reukslijmvlies en in het netvlies. Ligt het cellichaam onder de huid en zendt het daarin een tweede uitloper (dendriet), die als het eigenlijke receptor element fungeert, dan is er sprake van een bipolaire zintuigcel. Dit type zintuigcel komt voor bij ongewervelden en gewervelden, en wel als exteroceptor of als proprioceptor.

Secundaire zintuigcellen zijn prikkelgevoelige opperhuidcellen zonder eigen zenuwuitloper. Het cellichaam is omgeven door de dendriet vertakkingen van een andere zenuwcel, die de impulsen verder geleidt naar het centraal zenuwstelsel. Zintuigcellen vertonen het verschijnsel van →spontane activiteit.

< >