Ned. wet van 5.6.1913 Stb. 204, regelend de verzekering van werknemers tegen de geldelijke gevolgen van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte, ook als de ongeschiktheid een gevolg is van een ongeval. Met ziekte worden gelijkgesteld een gebrek, zwangerschap en bevalling (→zwangerschapsuitkering).
Het is een werknemersverzekering, uitgevoerd door de bedrijfsverenigingen. Er is geen loongrens. De uitkering bedraagt tenminste 80 % van het dagloon en wordt uitgekeerd over maximaal 52 weken van vijf werkdagen elk. Over de eerste en tweede dag van de ongeschiktheid wordt geen uitkering gedaan (karenzdagen), maar de meeste bedrijven betalen ook deze dagen uit. Tijdens de ziekte kan passende arbeid worden opgedragen indien dit in het belang van de verzekerde is. Onder bepaalde voorwaarden is een vrijwillige verzekering mogelijk. De premie wordt door de werkgever betaald, die maximaal 1 % van het loon mag inhouden. →arbeidsongeschiktheid, →beroepsziekte, →sociale verzekering.
