Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Waan

betekenis & definitie

m. (g. mv.), onjuiste, ongegronde mening omtrent iets; dat waarvan men ten onrechte meent dat het waar of werkelijk is: in de waan, in de verkeerde mening: iemand in de waan brengen dat ….; in d waan verkeren dat (ook) droombeeld, hersenschim: de wereldvrede zal wel een waan blijven; (psychiatrie) als zeker beleefde, oncorrigeerbare dwaling.

PSYCHIATRIE

De waan is een verschijnsel van vele ernstige psychische afwijkingen; bij paranoia is de waan hoofdverschijnsel. Afwijkend is niet het ontstaan van een onjuist denkbeeld, maar het feit dat correctie ervan onmogelijk is. Kenmerken van de waan zijn:

1. de absolute zekerheid waarmee de wanende in zijn denkbeelden gelooft, eraan vasthoudt en ook anderen ervan tracht te overtuigen:
2. de onbeïnvloedbaarheid door eigen ervaring;
3. (niet altijd) de onmogelijkheid en absurditeit van de inhoud, die niettemin vaak logisch sluitend is. Bij het ontstaan van waandenkbeelden speelt het gevoelsleven een belangrijke rol; de affecten zijn vaak intensiever en altijd duurzamer dan die van psychisch gezonde personen. Achter de manifeste waaninhoud liggen wensen, strevingen enz. verborgen, waarvan de waan de uiting is. De waan is bij uitstek zowel een vorm van verdringing als van zelfbeveiliging.

Er zijn vele soorten waan, b.v. betrekkingswaan (de patiënt vermoedt achter al zijn waarnemingen en achter iedere onschuldige gebeurtenis iets dat hem betreft), godsdienstwaan (de patiënt zoekt in al zijn waarnemingen en ervaringen een religieus ‘teken’), grootheidswaan (de patiënt meent dat hij meer betekent dan hij in werkelijkheid doet), vervolgingswaan (de patiënt denkt dat alles en iedereen het op zijn ondergang gemunt heeft). Vaak treden bij een waan hallucinaties op.