Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Twaalf

betekenis & definitie

I. telw.,

1. hoofdtelw., tien plus twee ;

(spr.) twaalf ambachten en dertien ongelukken, zonder veel succes heel wat baantjes gehad hebben; het is vijf voor twaalf, (fig.) het is de hoogste tijd, bijna te laat;

2. twaalven: twaalf personen: jullie twaalven; twaalf delen van hetzelfde geheel: iets in twaalven verdelen;
3. rangtelw.: hoofdstuk twaalf, het twaalfde;

II. zn. v./m. (twaalven),

1. cijfer 12: schrijf een twaalf;
2. twaalftal: iets bij twaalven aftellen.

Aan het getal twaalf kent men vanouds symbolische betekenis toe (4x3, beide heilige getallen). Twaalf is het getal van de tekens van de dierenriem en vaak ook van de maanden. In het volksleven en in de (gewijde) oudere litteratuur komt twaalf veel voor, b.v. de twaalf zonen van Jakob = de twaalf stammen Israëls, de twaalf apostelen; ook twaalf imams bij de islamitische sji’ieten; de twaalf Grieks-Romeinse sibillen; de middeleeuwse twaalf ridders van de Tafelronde, getallensymboliek.