Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Temperatuur

betekenis & definitie

[Lat.], v. (-turen),

1. graad van warmte van een hoeveelheid materie; m.n. zoals die uitgedrukt is in een aantal graden van een thermometer; op – brengen, gezegd b.v. van wijn of van een kamer;
2. warmte van de lucht, m.n. op een bepaalde plaats en een zeker tijdstip: de gemiddelde –;
3. warmte binnen het lichaam van een organisme (lichaamstemperatuur);
4. koorts: die man heeft altijd –.

Temperatuur is een objectieve, kwantificeerbare maat voor het subjectieve begrip ‘warm’ en ‘koud’. Een ervaringsfeit maakte het mogelijk de temperatuur als een wetenschappelijke grootheid in te voeren (m.n. als een toestandsgrootheid in de zin van de thermodynamica). Zijn nl. twee systemen elk afzonderlijk in thermisch evenwicht met een derde systeem, dan zijn ze ook met elkaar in evenwicht, d.w.z. dan verandert hun toestand niet wanneer ze met elkaar in thermisch contact worden gebracht. Aan alle systemen die met een bepaald referentiesysteem in thermisch evenwicht zijn, kan daarom dezelfde waarde van een bepaalde toestandsgrootheid, de temperatuur, worden toegekend.

Om de temperatuur van een lichaam in een reproduceerbaar getal uit te drukken, kan gebruik gemaakt worden van al die eigenschappen van de materie die op monotone en reproduceerbare wijze van de temperatuur afhangen. Deze eigenschappen kunnen b.v. zijn het volume van een vloeistof, de druk van een gas, de elektrische weerstand van een metalen draad. Een instrument waarmee deze eigenschappen worden bepaald heet een thermometer. Met behulp van een thermometer worden ook de gebruikte eenheden, de temperatuurschaal, vastgelegd. De meest bevredigende afspraak ter vastlegging van een temperatuurschaal op grond van de eigenschappen der materie, is die waarbij de temperatuur wordt berekend uit de druk van een hoeveelheid gas bij constant volume (gasthermometer). Deze methode is bevredigend omdat de resultaten, mits de temperatuur ver boven het condensatiepunt van het gebruikte gas ligt en de drukken niet al te groot zijn, vrijwel onafhankelijk zijn van het gebruikte gas. Met behulp van de tweede hoofdwet van de thermodynamica en een cyclus van Carnot kan men de temperatuurschaal ook onafhankelijk van de specifieke eigenschappen van een bepaalde stof vastleggen.

De meest gebruikte temperatuurschaal is die van Celsius (eenheid °C). Zij is vastgelegd door het vriespunt en het kookpunt van water onder een druk van 1 atm te definiëren als respectievelijk 0 °C en 100 °C. Andere temperatuurschalen zijn die van Réaumur (eenheid °R) en die van Fahrenheit (eenheid °F). Met de formule: t °C ≙ (4/5)t °R ≙ {32 + (9/5)t} °F kunnen de drie verschillende temperatuurschalen in elkaar worden omgerekend. Voor wetenschappelijke toepassing is de absolute temperatuur van groot belang. Het nulpunt van de absolute temperatuurschaal is zo gekozen dat die bij het absolute nulpunt ligt.

De absolute temperatuurschaal, gebaseerd op de celsiusschaal, is de kelvinschaal (eenheid K): t K ≙ (t – 273,16) °C. Verder bestaat er nog de absolute fahrenheittemperatuurschaal of temperatuurschaal van Rankine (eenheid °R): t °R ≙ (t + 459,7) °F. In de meteorologie wordt de temperatuur bij metingen dicht bij het aardoppervlak meestal met een kwikthermometer bepaald, hoewel elektrische thermometers, waarbij de temperatuur op grote afstand van het meetelement kan worden afgelezen en geregistreerd, meer in gebruik komen.

De thermometer dient steeds zodanig te zijn opgesteld dat deze niet door de zonnestralen wordt getroffen en evenmin ’s nachts veel warmte kan verliezen ten gevolge van uitstraling. Daarom wordt de thermometer in een wit kastje (thermometerhut) op een hoogte van 1,50 m boven de grond geplaatst.

De temperatuur in Nederland en België heeft een dagelijkse en een jaarlijkse schommeling, die beide sterk uitgesproken zijn. De dagelijkse schommeling is ca. 5 °C in de winter en 1,25 °C in de zomer; dichter bij het aardoppervlak is de schommeling groter. De jaarlijkse schommeling bedraagt ca. 15 °C (januaritemperatuur: 1,7 °C, julitemperatuur: 17,0 °C). De hoogste temperatuur ooit in Nederland genoteerd, bedraagt 38,6 °C (23.8.1944 te Warnsveld), de laagste –27,4 °C (27.1.1942 te Winterswijk). In Ukkel is de hoogste ooit genoteerde temperatuur 38,8 °C (27.7.1947), de laagste –20,2 °C (25.1.1881).