Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 16-06-2020

strateeg

betekenis & definitie

[→Gr. strategos, aanvoerder], m. (-tegen),

1. (hist.) in het oude Griekenland bevelhebber van vloot en leger (e);
2. beoefenaar van de strategie; veldheer.

(e) In Athene bestond een college van tien strategen dat was ingesteld door Kleisthenes. In beginsel werd één strateeg per →fyle gekozen. Doordat de burgerlijke magistraten (→archont) na 487 v.C. door het lot gekozen werden, werden de strategen (die onbeperkt herkozen konden worden) de belangrijkste gezaghebbers in Athene. Alle grote politici na 487 v.C. waren strategen, hoewel niet alle strategen politici waren. In de 4e eeuw v.C. werd de strategie beperkter en technischer en ging de politieke leiding over op redenaars als Demosthenes. In de hellenistische rijken waren strategen ook stadhouders van districten.

LITT. A.H.Jones, Athen. democracy (1957); H. Bengtson, Die Strategie in der hellenistischen Zeit (1967).