Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Schelp

betekenis & definitie

v./m. (-en),

1. (dierkunde) kalkachtig, meestal uitwendig, hard deel van de weekdieren;
2. voorwerp in de vorm van een schelp;
3. gerecht dat in een echte of nagemaakte schelp wordt opgediend;
4. (anatomie) oorschelp;
5. (gew.) (eier)schaal: uit zijn schelp komen, te voorschijn komen. dierkunde. In de schelp van weekdieren komt kalk meestal voor in de vorm van aragoniet. De schelp wordt afgescheiden door een klierrijke zoom in de mantelrand (schelpvergroting) en door kalkafzetting uit het weefsel in de rughuid (de schelp wordt dikker). Dit proces gaat jaar in jaar uit door; het aantal groeiringen geeft een aanwijzing omtrent de ouderdom van het dier. De schelp geeft stevigheid (‘uitwendig skelet’), gelegenheid tot aanhechting van spieren en bescherming in het algemeen, b.v. tegen roofvijanden, en bij landbewonende soorten tegen uitdroging. Schelpen kunnen inwendig zijn b.v. bij diverse typen naaktslakken, zoals Limax, en sommige inktvissen (Sepia, Loligo). Schelpen kunnen tweezijdig symmetrisch zijn (Sepia, Loligo, Limax), spiraalsgewijs gewonden (zoals bij de meeste slakken) of tweekleppig (zoals bij de tweekleppigen of Bivalvia. Bij deze laatste groep komt sporadisch zelfs driekleppigheid voor.) Een (tweekleppige) kalkachtige schelp komt eveneens voor bij de Brachiopoda. Op industriële schaal worden schelpen in kalkovens verwerkt tot kalk. Verder gebruikt men schelpen voor wegdekverharding en leveren schelpen paarlemoer. Wanneer men een schelp met de opening tegen het oor houdt, hoort men een onbestemd geluid: ‘het ruisen van de zee’. Dit geruis treedt alleen op als er enig geluid in de omgeving is, en wordt veroorzaakt doordat de schelp als resonator werkt. Andere holle voorwerpen vertonen hetzelfde verschijnsel.

LITT. J.M.Christensen, Schelpen (1979).

HERALDIEK

Als wapenembleem is vooral de jakobsschelp bekend. Deze wordt afgebeeld met de buitenkant zichbaar en het slot aan de bovenkant.

LITT. G.Bellew, Escalops in armory (in: The shell, 1957).