Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

puur

betekenis & definitie

[Lat.], bn. en bw.,

1. zuiver, onvermengd: goud;
2. zuiver, onvervalst: dat is de pure waarheid;
3. maagdelijk, ongerept;
4. het genoemde werkelijk en alleen zijnde; niets dan: uit pure nieuwsgierigheid;
5. (bw.) zuiver, alleen: dat is pure liefhebberij.