o. (-s), kleine plaat; m.n.
1. (tandheelkunde) prothese met een of twee kunsttanden;
2. schilfertje: plaatjes schellak;
3. prentje, afbeelding; plaatjes verzamelen; beschouwd als iets moois: je had ze moeten zien samen, het was net een plaatje; ook: foto;
4. grammofoonplaat: plaatjes draaien;
5. (dierkunde) Xiphophorus maculatus, een bekende aquariumvis.
Plaatjes zijn levendbarende tandkarpers, verwant aan de zwaarddrager. Vele kleurvarianten worden gekweekt. Deze soort komt voor in Midden-Amerika en wordt ca. 5 cm lang.