Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

nomenclatuur

betekenis & definitie

[Lat.], v. (-turen),

1. geheel van regels volgens welke in de diverse takken van wetenschap nieuwe namen worden gevormd en bestaande worden bevestigd of verworpen;
2. naamlijst, naamregister.

BIOLOGIE

Sinds C.Linnaeus (1707—78) is men overgegaan tot de binaire naamgeving: een geslachts(genus) en een soortnaam (species). Ieder gelatiniseerd woord is in de naamgeving toegestaan. Een bepaalde naam mag aan slechts één organisme als genusnaam worden gegeven. In het dierenrijk mag de genusnaam als soortnaam worden herhaald (b.v. Felis felis), hetgeen niet is toegelaten bij de naamgeving van planten. Zowel in het plantenals in het dierenrijk beslist een internationale nomenclatuurcommissie bij onenigheden, waarbij het prioriteitsbeginsel de doorslag geeft, d.w.z. men laat de oudste aan plant of dier gegeven naam toe. taxonomie.

Plantkunde. De International Code of Botanical Nomenclature is in de huidige opzet het resultaat van vele internationale congressen. Het prioriteitsbeginsel is aanvaard voor publikaties vanaf 1.

5. 1753. De code is verder gebaseerd op de typenmethode. Een type is b.v. het geconserveerde herbariummateriaal (eventueel fossiel) waarop de gepubliceerde beschrijving berust. Volledig is de naamgeving pas indien ook de naamgever, de auteur, is vermeld, eventueel in afgekorte vorm: b.v. witte dovenetel, Lamium album L. (de L. geeft Linnaeus als auteur aan).

Dierkunde. De International Rules for Zoological Nomenclature regelen de naamgeving volgens het Vijfde Internationale Zoölogische Congres te Berlijn (1901). Ook hier wordt in eerste instantie het prioriteitsbeginsel toegepast voor publikaties vanaf 1.11.1758, gebaseerd op het eerste deel van de tiende editie van Systema naturae door C.Linnaeus.

SCHEIKUNDE

In de anorganische chemie zijn de nomenclatuurregels opgesteld door de International Union of Pure and Applied Chemistry (IUPAC) om met iedere naam slechts één stof aan te duiden. In 1921 is hiertoe een commissie voor de nomenclatuur ingesteld. Pas in 1957 zijn definitieve regels vastgesteld in Nomenclature of inorganic chemistry. In 1962 is door de Koninklijke Ned.

Chemische Vereniging en op initiatief van de Vlaamse Chemische Vereniging besloten een bewerking en aanpassing van de internationale regels voor chemische nomenclatuur te maken ten behoeve van Nederlandssprekende chemici: Regels voor de nomenclatuur in de anorganische chemie, NEN 3296 (1962, 2e dr. 1971). De naamgeving berust op de samenstelling en soms ook op de structuur van de stoffen. Zo is van ieder element internationaal een wetenschappelijke naam en een symbool vastgesteld. In de chemische formules moet het internationaal vastgestelde symbool gebruikt worden, waaraan eventueel twee superieure en twee inferieure getallen kunnen worden toegevoegd. Zo wordt links boven het massagetal weergegeven, b.v. 32P; links onder het atoomnummer, b.v. 7N; rechts boven de ionlading, b.v. Mg2+; rechts onder het aantal atomen per molecule, b.v.

O2 Algemeen geldt dat een chemische verbinding wordt gezien als een samenvoeging van een positief en een negatief deel, b.v. keukenzout (NaCl), waarbij natrium (Na) het positieve en chloor (Cl) het negatieve deel is. De chemische naamgeving ontstaat door aan het positieve element, in dit geval natrium, de negatieve component met de uitgang -ide, -aat of -iet toe te voegen; in dit voorbeeld chloride, te zamen natriumchloride. De uitgang -ide wordt toegepast voor een uit één atoom bestaand anion, de uitgang -aat voor samengestelde anionen, zoals S042-, sulfaat, en het achtervoegsel -iet om een lagere oxidatiegraad van het centraal atoom aan te geven. Deze laatste komt nog voor in triviaal(fantasie)namen, zoals nitriet, sulfiet, arseniet. In overige gevallen wordt de oxidatietrap van het centrale atoom tussen haakjes weergegeven, b.v. ijzer(II)chloride (FeCl2). De oxidatietrap van een element en het aantal atomen of groepen worden weergegeven door Griekse numerieke voorvoegsels: mono, di, tri, tetra enz. Dit systeem is goed bruikbaar voor binaire verbindingen van niet-metalen als N02, stikstofdioxide, en N204, distikstoftetroxide.

Ook complexe of coördinatieverbindingen bestaan uit een positief en een negatief deel, dat elk weer uit één of meer centrale atomen is opgebouwd. Zo wordt o.a. Ca(NH3)S04 verdeeld in Ca(NH3)42+ en S042-. Het centrale atoom staat in de formule steeds voorop; in dit voorbeeld resp. Ca.2+ en S6+. In de wetenschappelijke naam wordt het centrale atoom genoemd na de aan het centrale ion gebonden ionen, atomen of groepen (ligand): tetraminecalciumsulf aat.

In de organische chemie dateert het overleg inzake naamgeving van het congres te Genève uit 1892. Pas in 1922 werd door de International Union of Pure and Applied Chemistry een commissie ingesteld die met voorstellen kwam met betrekking tot de nomenclatuur, die in 1930 in Londen werden aanvaard. Hierin bleken nog veel onduidelijkheden en onvolledigheden, die herziening noodzakelijk maakten. In 1957 werden definitieve regels goedgekeurd die secties A (koolwaterstoffen) en B (heterocyclische basissystemen) omvatten, waaraan in 1965 sectie C (verbindingen met andere elementen dan zuurstof, zwavel, seleen, telluur en stikstof) is toegevoegd. De secties A en B zijn in het Nederlands gepubliceerd onder de titel: Regels voor de nomenclatuur in de organische chemie, NEN 3295 (1968). De namen zijn m.n. gebaseerd op de structuurformules, terwijl daarnaast een aantal ingeburgerde triviaalnamen gehandhaafd zijn. Evenals in de anorganische chemie geeft ook hier de uitgang van de naam de aard van de verbinding aan.

Zo staan de uitgangen:

-aan voor alkaan, een verzadigde koolwaterstof;
-een voor alkeen, een koolwaterstof met een dubbele binding;
-yn voor alkyn, een koolwaterstof met een drievoudige binding;
-ol voor alkanol (alcohol), een koolwaterstof waaraan een hydroxylgroep verbonden is;
-al voor alkanal (aldehyde), een koolwaterstof met aldehydegroep
-on voor alkanon (keton), een koolwaterstof met een carbonylgroep;
-ine voor amine, een koolwaterstof waaraan een aminogroep (—NH2) verbonden is.

Het achtervoegsel kan nog worden uitgebreid met het tussenvoegsel -di-, indien twee meervoudige verbindingen of gelijke substitutiegroepen aan een koolwaterstof gebonden zijn. De plaats van de gesubstitueerde groepen of atomen wordt aangegeven door de koolstofatomen te nummeren. De chemische nomenclatuur wordt nog regelmatig herzien: definitieve goedkeuring wordt gepubliceerd in Pure and Applied Chemistry, alsmede in de Ned. equivalent het Chemisch Weekblad, uitgegeven door de Koninklijke Ned. Chemische Vereniging.