Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-06-2020

laatste oordeel

betekenis & definitie

in de christelijke theologie het allesomvattende gericht over levenden en doden op het einde der tijden, bij Christus wederkomst; volgens de bijbelse beschrijving gaat dat gepaard met de algemene opstanding van de doden (➝dodengericht). Reeds in het OT is sprake van het laatste der dagen (Jes.2,2), de dag des Heren (Sef. 1,7), de dag zijner toekomst (Mal.4,3).

Het NT brengt deze verwachting in verband met Christus wederkomst (Hand.1,11). Jezus spreekt zelf kortweg over: die dag of dat uur (Matt.24,36; Luc.21,24; 1 Kor.1,8). Hij zal dan komen als de grote Rechter, die de rechtvaardigen verwijst naar de hemel, de onrechtvaardigen verstoot naar de hel. Deze wederkomst is middelpunt en hoogtepunt van de christelijke ➝eschatologie.In de christelijke kunst werd het laatste oordeel op allerlei wijzen uitgebeeld. Vóór het jaar 1000 werden er slechts enkele malen zeer eenvoudige afbeeldingen van gemaakt (o.a. in San Apollinare Nuovo, Ravenna, 6e eeuw). Vanaf de 11e-16e eeuw wordt er veel aandacht besteed aan het laatste oordeel. De voorstelling wordt in de middeleeuwen meestal in drie zones verdeeld: Christus zit als rechter in het centrum en aan weerszijden van hem zitten engelen. Maria en Johannes staan of knielen naast Christus als bemiddelaars voor de zielen. In de 12e13e eeuw werd vooral in Frankrijk, Duitsland en Spanje het laatste oordeel uitgebeeld in het timpaan van het middenportaal van de grote kathedralen (Autun, Chartres, Amiens, Reims, Bourges, Bamberg, Freiburg, Barcelona, Burgos).

In Italië werden mozaïeken en frescos aan de westwand van de kerk aan het laatste oordeel gewijd (mozaïek in Torcello, 12e eeuw; Giotto, fresco in de Arenakapel, Padua ca.1310). In het noorden ontstonden in de 15e-16e eeuw grote altaarstukken met het jongste gericht (R.van der Weyden, Beaune; H. Memling, Danzig; J.Provost, Brugge; L.van Leyden. Leiden; Jeroen Bosch, Wenen).

LITT. A.M.Cocagne, Le jugement dernier dans l’art (1955); B.Breuk, Tradition und Neuerung in der christl. Kunst des ersten Jahrtausends (1966); J.J.M.Timmers, Christelijke symboliek en iconografie (1974).