Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kring

betekenis & definitie

m. (-en), 1. gesloten kromme lijn, cirkel of ongeveer een cirkel (e); ook als beloop: een trekken, beschrijven (bij voortbeweging); de grachten vormen een — om de stad; kringen in een tafelblad,

als spoor van vochtig vaatwerk; een om de zon of maan, een ring van licht (op grotere afstand dan een krans), ontstaan door de breking van de lichtstralen in fijne ijskristallen die in de bovenlucht zweven (→halo); gesloten ronde baan: de waarin zich de aarde om de zon beweegt; van een redenering: hij draait altijd in een — rond, komt altijd weer terug bij het punt van uitgang, komt niet vooruit; kringen onder de ogen hebben, donkere banken, als teken van grote vermoeidheid;

2. reeks van personen of zaken die door hun plaatsing een cirkelvormige figuur vormen of aldus voorgesteld worden: een — vormen; uit de — treden; de huiselijke —, de leden van het huisgezin;
3. de personen die gedacht worden iemand te omringen, zijn omgeving: een — van vrienden;

(ook) de zaken waarmee iemand zich geregeld pleegt bezig te houden: hij komt nooit buiten de van zijn gewone bezigheden;

4. de vereniging van een aantal personen die een samenhangend en min of meer afgesloten geheel uitmaken, maatschappelijke groep: in de hogere kringen; in christelijke, letterkundige, politieke kringen;
5. ruimte die, werkelijk of denkbeeldig, door een kring omsloten wordt of daarin besloten ligt; gebied, district; de van een eendenkooi, gebied eromheen waar niet gejaagd mag worden; (fig.) sfeer: een uitvinding in ruimer — bekendmaken.

(e) GODSDIENSTGESCHIEDENIS. De kring is in verschillende religies van betekenis en wel in vier opzichten:

1. men gaat in een kring rond dingen en wezens om hun gevaarlijke elementen af te grendelen;
2. men gaat in een kring rond dingen en wezens om aan hun zegenrijke elementen deel te krijgen (b.v. de rondgang om het Romeinse →suovetaurile, de omgang om het Indische heiligdom, de islamitische omgang rond de Ka’ba, de stille omgang rond de Heilige Stede te Amsterdam);
3. de kring geldt als afbeelding en representant van de kosmos, m.n. in hindoeïsme en boeddhisme (→mandala);
4. de kring als strikt besloten religieuze groep, met vaste riten en gebruiken. zie afb.

LITT: E.Knuchel, Die Umwandlung in Kult, Magie und Rechtsbrauch (1919).