Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

grondslag

betekenis & definitie

m. (-en), 1. fundament: het leggen van de grondslagen; het huis beefde op zijn grondslagen; (bij uitbreiding) de ondergrond waarop gebouwd of aangehoogd wordt;

2. datgene waarop iets in fig. zin berust: oprechtheid is — de van alle deugden; aan het verhaal ligt een ware gebeurtenis ten —, het is op een ware gebeurtenis gebaseerd; onderhandelen op de — van …, het bedoelde als basis aannemend; de grondslagen voor de inkomstenbelasting, de onderscheiden beoordelingsmaatstaven voor de afzonderlijke aanslagen in die belasting; de meter is de — van ons metrieke stelsel, de eenheid waarvan alle andere maten afgeleid zijn; de algemene grondslagen van een vereniging, de statuten;
3. datgene waardoor iets in stand wordt gehouden: de grondslagen van godsdienst en moraliteit worden ondermijnd;
4. datgene waarmee men begint: de — (de grondslagen) leggen tot (van, voor) iets; (vandaar) kern, eerste beginsel: dit legde de — van zijn vermogen.