Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

gooien

betekenis & definitie

(gooide, heeft gegooid), (overg., behalve in verbinding met met), het gewone woord voor werpen, smijten: hij gooide een steen door de ruiten; sneeuwballen -; iemand op de grond -; met de deur —, die hard dichtslaan; (fig.) geld in het water -, het roekeloos uitgeven; het (hooi) niet over de balk -, niet verkwistend zijn; het schip over de andere boeg het schip bij de wind omwenden, (vandaar fig.) het over een andere boeg —; iemand iets voor de voeten hem een handeling of misdrijf verwijten; de schuld op iemand hem als de bewerker van het gebeurde kwaad aanwijzen; er alles uit onbedacht, onvoorzichtig zeggen wat voor de mond komt; iemand de deur uit —; iets op het papier —, inderhaast of vluchtig neerschrijven; het op een akkoordje (bij verschillende spelen, met de bal of met dobbelstenen): wie moet eerst -?