[Eng. ➝Schots gouf, slag], o., balspel in de open lucht.
(e) Golf wordt gespeeld op een terrein (golf links), dat is verdeeld in afzonderlijke stukken (holes), meestal 18 in getal. De bal, vervaardigd van rubber met een geprofileerd wit oppervlak, weegt maximaal 46 g en heeft een doorsnede van ten minste 4,1 cm (in de VS 4,2 cm). De bal wordt voortbewogen door middel van een stok (club). De club komt in verschillende vormen voor; de speler mag maximaal 14 verschillende gebruiken. De speler moet alle holes, in lengte variërend van 90-550 m, in een vastgestelde volgorde afleggen. Het beginpunt van iedere hole is de afslag (tee).
Van dit punt moet men de bal in een zo klein mogelijk aantal slagen in een putje (de eigenlijke hole) aan het eindpunt slaan. Tussen tee en hole bevindt zich een niet-egale strook van ca. 50 m breed, omzoomd door ruw terrein (roughs). Op het parcours zijn hindernissen aangebracht in de vorm van zandvlaktes (bunkers of hazards). Indien de bal in een bunker of in de roughs is beland, mag men deze niet met de hand verleggen, maar moet men slaan vanaf het punt, waar de bal stil is komen te liggen. Het putje, waarin de bal uiteindelijk terecht moet komen, heeft een diameter van 10,8 cm en is minimaal 10,2 cm diep. Het is gelegen op een klein stukje kortgeschoren gras (green).
De golfsport kent verschillende wedstrijdvormen:
1. Het spel zonder tegenstander. Daarbij heeft men een denkbeeldige tegenspeler, te weten een standaardscore (par).
2. Het spel tegen één tegenstander (singles). Hierbij kan men kiezen uit het matchof holeplay, waarbij het gaat om het winnen van de meeste holes, en medal-of strokeplay,
waarbij de uitslag wordt bepaald door de optelsom van de slagen die men voor alle holes te zamen nodig heeft gehad en deze te vergelijken met die van de tegenspeler.
3. Ook kan men spelen met één tegen twee (threesomes), twee tegen twee (foursomes), enz. Het golfspel werd reeds in de 15e eeuw in Schotland gespeeld. Verwantschap met het Ned. ➝kolfspel, dat reeds in de 14e eeuw werd beoefend, is duidelijk. In de aanvankelijk zeer uiteenlopende spelregels werd eenheid gebracht door de Royal & Ancient Golf Club of Saint Andrews, die in 1754 in Schotland werd opgericht. Deze wordt in de internationale golfwereld, met uitzondering van de VS, nog steeds als het wetgevende lichaam beschouwd. In Nederland is golf georganiseerd binnen het in 1911 opgerichte Nederlandse Golf Comité. De oudste vereniging is de uit 1893 stammende Haagsche Golf & Country Club. Overkoepelend orgaan in België is de Belgische Golf Federatie. litt. B.Hogan en H.W.Wind, Principes fondamentaux du golf moderne (1958); A.Palmer, Arnold Palmer’s golfbook (1961).
