Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

gedrag

betekenis & definitie

o. (gedragingen),

1. de wijze waarop een mens (e) of een dier (→ethologie) zich in een bepaalde situatie gedraagt, zijn handel en wandel, zijn wijze van doen, optreden en reageren; iemands — billijken, laken, registreren enz.; een slecht een getuigschrift van goed een dubbelzinnig —; iemands — en wandel, doen en laten; iemands huiselijk -, de wijze waarop iemand zich thuis of in het huiselijk leven gedraagt; (scherts.) daar ga je met je goede -, het heeft allemaal niet mogen baten; als schoolterm: de handelwijze van een leerling met betrekking tot orde en tucht: op school worden cijfers gegeven voor — , vlijt en vorderingen;
2. de wijze waarop een stof of een voorwerp reageert op bepaalde uitwendige omstandigheden en op de veranderingen daarin: het — van tin bij lage temperaturen berust op allotropie. (e) Gedrag is een centraal begrip uit meerdere vakgebieden van de 20e-eeuwse psychologie, die volgens de meest gangbare omschrijving zichzelf opvat als de ‘wetenschap van het (menselijk) gedrag’. Hoewel het begrip gedrag door sommigen zo ruim wordt genomen, dat er ook innerlijke gesteldheden en gebeurtenissen als gedachten, dromen enz. onder vallen, wordt het in de psychologie veelal beperkt tot hetgeen zich uiterlijk toont, voor anderen waarneembaar is; d.w.z. men stelt dat het innerlijk pas toegankelijk wordt voor wetenschappelijke bestudering voorzover het zich veruiterlijkt, zich in (uiterlijk) gedrag manifesteert. Dat betekent overigens niet dat gedrag in de psychologie samenvalt met spierbeweging, kliersecretie e.d., zoals dit voor het oorspronkelijke ➝behaviorisme het geval was. De psychologie richt zich vooral op het zgn. molaire gedrag, d.w.z. op grotere complexe gedragseenheden, zoals die in doelgerichte activiteiten van het organisme optreden, ➝gedragspatroon.

In de sociale psychologie wordt onder gedrag verstaan: het gedrag van de ene persoon ten opzichte van een of meer anderen. Hierbij is niet van wezenlijk belang of anderen ook lichamelijk in dezelfde situatie aanwezig zijn. Het gaat erom dat andere mensen in de beleving, gedachten en gevoelens van de betreffende persoon aanwezig zijn. In de sociale psychologie wordt de invloed van de één op het gedrag van de ander bestudeerd. Deze invloed kan zowel direct als indirect, door middel van de gedachten en gevoelens van de persoon ten aanzien van anderen, werkzaam zijn. In de sociaal-psychologische benadering wordt gedrag verklaard uit de wisselwerking van persoon en situatie, d.w.z. de invloed die de persoon op de situatie heeft en de invloed die de situatie op de persoon heeft.

Om menselijk gedrag te kunnen verklaren en begrijpen moet men altijd zowel naar de eigenschappen van de persoon als naar de aard van de situatie kijken. De wetenschappelijke studie van menselijk gedrag wordt ook wel gedragsleer genoemd. De psychologische gedragsleer moet echter duidelijk worden onderscheiden van de biologische gedragsleer, de ➝-ethologie. Beide benaderingen van gedrag hebben geheel verschillende omschrijvingen van het begrip gedrag; daarnaast gaat de ethologische benadering uit van de objectieve situatie, terwijl de psychologische benadering uitgaat van de subjectieve (psychologische) situatie, ➝collectief gedrag. LITT. M.Mulder (red.), Mensen, groepen, organisaties I (1963); H.Duijker en R.Vuyk, Leerboek der psychologie (1969); N.Rodenburg, De macht van de deskundige (1974); A.Lange en O.v.d.Hart, Gedragsverandering in gezinnen (1976).