in de psychofysiologie een methode om huidweerstandsreacties te meten. De Franse onderzoeker Ferré (*1888) constateerde dat wanneer er een kleine elektrische stroom door twee op de huid bevestigde elektroden werd gezonden een Ohmse weerstand kon worden gemeten, die afnam wanneer de proefpersoon via een toon of lichtprikkel werd gestimuleerd.
Deze methode wordt exogeen genoemd, omdat reacties van het organisme op een van buiten het organisme komende stroom worden gemeten. Men heeft geconstateerd dat deze reacties het duidelijkst en het betrouwbaarst zijn te meten op de handpalm en de voetzool, plaatsen met een relatief hoge concentratie van zweetkliertjes. De meest waarschijnlijke verklaring voor de weerstandsveranderingen ten gevolge van psychologische prikkels is dan ook de ‘secretoire theorie’, die veronderstelt dat de galvanische huidweerstandsreactie wordt veroorzaakt door veranderingen in de activiteit van zweetklieren die zich onder de huid bevinden. Gezien de relaties tussen emotie en activiteit van het autonome zenuwstelsel gebruikt men de huidweerstandsreacties wel om emotionele reacties van proefpersonen te meten, o.a. bij leugendetectie.