Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 29-06-2020

ervan

betekenis & definitie

voornaamwoordelijk bw.,

1. ter aanduiding van verwijdering: met tegenzin scheidde hij -; wij waren slechts drie mijl — verwijderd; — afwijken (van een regel, voorschrift enz.);
2. ter aanduiding van een los of vrij raken: het stukje dat — afgebroken is;
3. ter aanduiding van afstamming of oorsprong: de rassen die gekweekt zijn; de verbindingen die — afgeleid zijn; dat komt -, dat zijn de (kwade) gevolgen; hij beefde —;
4. ter aanduiding van een oorzaak: ze moest huilen;
5. ter aanduiding van het object van een handeling: de mensen spraken —; zich bedienen;
6. ter aanduiding van materiaal: alles wat men — kan maken;
7. ter aanduiding van hetgeen aanwezig is: hoeveel hij ook — nam, de voorraad scheen niet te verminderen;
8. als omschrijving van een partitieve genitief: de meeste zijn rot;
9. ter aanduiding van een betrokken-zijn: — weten; op de hoogte zijn; ook met betrekking tot meningen en gevoelens: wat vind je —?.