Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Driftig

betekenis & definitie

bn. en bw. (-er, -st),

1. hartstochtelijk, vurig, heftig;
2. haastig, met drift: hij kwam driftig op mij toelopen;
3. vervuld van plotselinge toorn of ongeduld: je moet je niet zo driftig maken;
4. oplopend, gemakkelijk in drift gerakend: driftig van aard zijn; ook van uitingen die uit die gesteldheid voortkomen: driftige woorden; een driftige beweging;
5. drijvend, meestal in driftig worden; onbeheerd op zee ronddrijvend: zodra goederen driftig geworden zijn, staan zij onder het beheer van de strandvonderij; van het anker losgeraakt, op drift (van schepen).