Vlaams schrijver, *8.8.1906 SintBaafs-Vijve. Demedts was directeur van de gewestelijke Omroep West-Vlaanderen van de BRT te Kortrijk.
Als criticus en redenaar zette hij zich in voor het behoud van het Ned. in Frans-Vlaanderen. Hij was redacteur van de tijdschriften De Tijdstroom, Vormen, (West-)Vlaanderen en Dietsche Warande en Belfort. Demedts schrijft gevoelige, soms sentimentele verzen, meestal met landelijke thema’s. Zijn psychologische romans zijn vlot geschreven, met een neiging tot melancholie en wijdlopigheid. Werken: poëzie: Jasmijnen (1929), Geploegde aarde (1931), Vaarwel (1940), Daarna (1968); romans: Het leven drijft (1936), De Belgische republiek (1937), Geen tweede maal (1942), Het heeft geen belang (1944), In het morgenlicht (1949), In uw handen (1954), De levenden en de doden 91959), De dag voor gisteren (1966), Je komen halen (1968), Hooitijd (1975), Goede avond (1976), De waarheid stelt niet teleur (1976); volksboek: Hugo Verriest, de levenwekker (1946); essays en studies: Edward Vermeulen (1937), Richard Minne (1946), Stijn Streuvels (1955), Ernest Claes (1961), Johan Daisne (1962), Abel Coetsee (1963), Stijn Streuvels (1971), De esthetica van Hugo Verriest (1974);bloemlezing: De Vlaamse poëzie tussen 1918 en 41 (1941; 2e dr. 1945).
Litt. A.Westerlinck, Het lied van Tantalus (1943); A.van Wilderode, A.Demedts (1965).