Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-06-2019

Briand

betekenis & definitie

Aristide, Frans politicus, *28.3.1862 Nantes, ♱7.3.1932 Parijs. Briand was een oorspronkelijk anarchistisch georiënteerd socialist, maar hij evolueerde na 1900 naar het burgerlijk radicalisme.

Sinds 1906 bekleedde hij in de meeste kabinetten ministersposten. Hij was in 1909, 1911, van 1915— 17, van 1921-22, van 1925-26 en daarna gedurende enige korte perioden premier.

In 1917 werd hij ten val gebracht wegens zijn militaire beleid, in 1922 wegens zijn gematigde houding jegens Duitsland. Briand leidde in de tweede helft van de jaren twintig bijna onafgebroken de buitenlandse politiek.

Hij had een groot aandeel in het Verdrag van Locarno (1925) en het Kelloggpact (1928). In 1926 kreeg hij samen met A.Chamberlain, Dawes en Stresemann de Nobelprijs voor de vrede.

Hoezeer Briand de buitenlandse politiek als zijn eigen gebied beschouwde, bleek uit het feit dat hij ook nog in rechtse kabinetten (Tardieu 1929, Laval 1931) zitting bleef houden. Zijn leus ‘De Verenigde Staten van Europa’ en zijn plan voor een Europese unie (1930) bleken nog geen werkelijke inhoud te kunnen krijgen.

Werken: Rapport sur la séparation des églises et de l’état (1906), Frankreich und Deutschland (1928); Uitgave: Aristide Briand. Discours et écrits de politique étrangère, door A.Elisha (1965).

LITT. G.Suarez, Briand (6 dln. 1938-40); E.Geigenmüller, Briand. Tragik des grossen Europäers (1959); J.Hermans, L’évolution de la pensée européenne d’A.Briand (1965); M.Baumont, A.Briand. Diplomat und Idealist (1965).