Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-05-2019

Boom des levens

betekenis & definitie

in Gen. 2 een boom in de hof van Eden, die onsterfelijkheid aan de eerste mensen garandeerde. De ongehoorzaamheid aan Gods gebod sloot de hof voor de mens en daarmee de toegang tot de boom des levens, zodat de mens gedoemd is te sterven.

De boom des levens is in de Spreuken (3,18, vlg.) symbool van voorspoed en geluk.In de apocalyptiek is de boom bestemd voor de rechtvaardigen bij het laatste oordeel (b.v. Henoch 24,4; 25,4–6; 2 Ezra 8,52). Zoals aan het begin van de bijbel de weg naar de boom des levens is afgesloten, zo wordt hij aan het eind geopend voor hen die door Christus van zonde gereinigd zijn (Openb. 22,2,14; vlg. 2,7).

LITT. H. Bergema, De boom des levens in schrift en historie (1938); E.O. James, The tree of life (1966).