m. (boeven),
1. boosdoener, schurk, schavuit;
2. ik ben boef, gezegd door een dobbelaar die het laatst moet werpen of de rest van de centen krijgt.
Gepubliceerd op 30-05-2019
betekenis & definitie
m. (boeven),
1. boosdoener, schurk, schavuit;
2. ik ben boef, gezegd door een dobbelaar die het laatst moet werpen of de rest van de centen krijgt.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: