Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 30-05-2019

Bocht

betekenis & definitie

m. (-en), een met een staketsel omheinde ruimte waarin dieren worden bijeengehouden; in Vlaanderen vaak midden op het land om schapen bijeen te houden, in Holland de melkbocht, hoek van een weiland waarin men het vee drijft om het te melken; uit de bocht springen, zich buitensporig gedragen, zich te buiten gaan; (fig.) in de bocht springen, de voorste, de eerste zijn, de eerste aanval verduren; (ook) aan het grootste gevaar blootstaan; voor iemand in de bocht springen, zijn partij opvatten, zijn zaak verdedigen, voor hem in de bres springen.