v., .. 1. opgeruimdheid;
2. sterk gevoel van voldoening, aangename stemming: haar hart klopte van blijdschap, met blijdschap iemand begroeten, helpen; dat is geen lange blijdschap geweest, daar hebben zij niet lang plezier van
1. opgeruimdheid;
2. sterk gevoel van voldoening, aangename stemming: haar hart klopte van blijdschap, met blijdschap iemand begroeten, helpen; dat is geen lange blijdschap geweest, daar hebben zij niet lang plezier van gehad.