(bestreed, heeft bestreden),
1. strijden tegen: een vijand -; thans meest oneig.: met woord of geschrift iemands mening aanvallen: zijn stelling werd hevig bestreden;
2. tegenwerken, trachten afbreuk te doen: de conservatieven bestrijden;
3. tegengaan, trachten een einde te maken aan: de armoede, de woeker onkruid, planteziekten bestrijden;
4. onkosten de nodige middelen vinden om ze te betalen.