Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 09-03-2019

Bereik

betekenis & definitie

o. (g. mv.), samen met voorz. gebruikt om een punt of omtrek aan te duiden die men bereiken kan: blijf buiten zijn bereik, zorg dat hij je niet raken, niets doen kan; dat is buiten of boven mijn bereik, ik kan daar niet bij, het is te hoog, te ver weg enz.; oneig.: dat is mij te zwaar, te moeilijk, te duur enz.; (ook) dat gaat mijn verstand te boven; buiten het bereik van de strafwet, niet vervolgbaar; buiten het bereik van het geschut, op zo’n afstand ervan dat de projectielen geen schade kunnen aanrichten; in technische termen (germanisme) werkingssfeer, actieradius,.

bereikbaar

bn., wat bereikt kan worden.

bereiken

(bereikte, heeft bereikt),

1. door het uitstrekken van de hand (al of niet met een werktuig, stok enz. daarin) raken of grijpen; een tak van een boom niet kunnen bereiken;
2. na een tocht in een als doel gestelde plaats aankomen: zijn bestemming bereiken; de brief bereikte hem niet, hij ontving die niet;
3. iemand niet kunnen bereiken, geen verbinding met hem kunnen krijgen; (ook) hem zijn macht niet kunnen doen voelen;
4. met betrekking tot de tijd: een hoge ouderdom bereiken, zeer oud worden;
5. komen tot (een zeker doel): zijn doel, oogmerk bereiken.