Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Bedriegen

betekenis & definitie

(bedroog, heeft bedrogen),

1. (met een persoon als onderwerp) misleiden; (zegsw.) schijn bedriegt, de schijn doet zich anders (mooier) voor dan de werkelijkheid; hij hangt van liegen en bedriegen aan elkaar, hij is niet te vertrouwen, het is een echte leugenzak;
2. die man bedriegt zijn vrouw, is haar heimelijk ontrouw; bedrogen uitkomen, teleurgesteld worden; met iets bedrogen zijn, bemerken dat het niet aan de verwachtingen beantwoordt;
3. zichzelf bedriegen, opzettelijk dwalen, zich de zaken anders en beter of mooier voorstellen dan zij zijn; zich in iemand bedriegen een te hoge dunk van hem gehad hebben, (ook) iemand zich anders voorstellen, dan hij werkelijk is;
4. van zintuigen: een misleidende voorstelling wekken: bedriegen mij mijn ogen niet?, zie ik wel goed?; zich -, (gew., gall.) zich vergissen.