aan'geslagen, bn.
1. met aanslag bedekt;
2. gezegd van een atoom waarin een elektron door toevoer van energie in een hogere baan gebracht is (zie excitatie);
3. door de belastingdienst voor een bepaalde som goed geacht;
4. (germ.) uit zijn doen gebracht door een onaangenaam voorval;
5. aangetast (door wat dan ook).