aan'beeld (aambeeld), o. (-en), 1. ijzeren blok met voetstuk waarop metalen gesmeed of bewerkt worden; (spr.) zo zwaar als een -, zeer zwaar; altijd op hetzelfde slaan, steeds op dezelfde zaak terugkomen, aandringen; 2. puntig stuk metaal in het met gas gevulde slaghoedje van een patroon, waartegen de slagpin slaat; evenzo in een schokbuis; 3. (ontleedkunde) het middelste van de drie t-gehoorbeentjes (incus) dat de hamer met de stijgbeugel verbindt, naar de vorm aldus genoemd; 4. (meteorologie) ben. voor een aldus gevormd bovenstuk bij buienwolken, dat ook op zichzelf voorkomt (valse cirrus).
Uitgelicht
Wekelijks trending en actuele woorden ontvangen in je mailbox? Schrijf je net als 2.112 anderen in!