Gepubliceerd op 17-01-2021

Berufsverbot

betekenis & definitie

[Du., beroepsverbod], het op 1.10.1973 in de BRD ingestelde verbod om overheidsfuncties te laten bekleden door burgers die ‘de grondwettige orde in gevaar zouden kunnen brengen’. Een en ander berust op de Radikalenerlass (1972), een decreet, dat bepaalde dat sollicitanten voor overheidsfuncties dienen te worden onderzocht op relaties met ‘extremistische’ organisaties.

De Radikalenerlass beroept zich op de wettelijke bepaling dat ambtenaren zich positief dienen op te stellen jegens het bestaande staatsbestel. Het feit dat extreme groeperingen (o.a. de Baader-Meinhofgroep) zich steeds vaker manifesteerden, ligt mede aan de basis van dit decreet. De meeste slachtoffers van de uitsluiting, die vervolgens mogelijk werd door het Berufsverbot, zijn communisten. Omdat de bewijslast in het onderzoek veeleer op de verdachte figuur dan op de verdenkende instantie rust, wordt m.n. in sommige liberale en sociaal-democratische kringen gesteld, dat het Berufsverbot in strijd is met de democratie. Toch heeft de meerderheid van de Westduitse sociaal-democratie weinig of geen bezwaar tegen de ‘Verbote’, die felle protesten hebben opgeroepen, zowel in de BRD als in het buitenland. Aan het eind van de jaren zeventig begonnen de zienswijzen over de toepassing van de Radikalenerlass sterk uiteen te lopen; DE CDU en de csu hielden het bij de stipte toepassing; de FDP en de s D P (vooral onder druk van de Jungsozialisten, de Jusos) stonden een liberalere toepassing voor.

< >