Frans politicoloog en historicus, *1.2.1925 Frankfort aan de Main; van Duitse afkomst. Grosser studeerde te Aix-en-Provence en Parijs.
Sinds 1955 is hij hoogleraar aan het Institut d’Etudes Politiques te Parijs, sinds 1956 tevens directeur van de Fondation Nationale des Sciences Politiques. Hij vervulde diverse gastdocentschappen in de VS. Politieke beschouwingen van zijn hand verschenen in La Croix (1945-65), sinds 1965 in Le Monde. Grosser publiceerde over de politieke verhoudingen tussen en binnen de westerse landen. Zijn aandacht ging vooral uit naar de Franse buitenlandse politiek en naar de positie van Duitsland in Europa. Grosser zette zich in voor de Frans-Duitse toenadering; o.m. was hij van 1948-67 secretarisgeneraal van het Comité français d’échanges avec l’Allemagne nouvelle.
Werken: L’Allemagne de l’Occident (1953), La démocratie de Bonn (1958), Hitler: la presse et la naissance d'une dictature (1959), La Quatrième Republique et sa politique extérieure (1961), La république fédérale d’Allemagne (1963), (met F.Goguel) La politique en France (1964), La politique extérieure de la Cinquième République (1965), Die Bundesrepublik Deutschland, Bilanz einer Entwicklung (1967), Au nom de quoi? Fondements d’une morale politique (1969), L’Allemagne de notre temps (1970), L’explication politique. Une introduction à l’analyse comparative (1972), Gegen den Strom (1975), Les Occidentaux. Les pays d’Europe et les Etats-Unis depuis la guerre (1978).
