Gepubliceerd op 04-08-2020

Waan

betekenis & definitie

Waan, m. gmv. gedachte, meening; (inz.) ijdele gedachte, verkeerde meening, onjuist begrip. *-, o. witte hazelaar (zek. boomgewas). *-, (zeew.) in - houden, eenig timmerwerk in den vereischten toestand houden.

*-GELOOF, o. gmv. bijgeloof.
*-GELOOVIG, bn. (-er, -st), bijgeloovig.
*-WIJS, bn. (...zer, -st), eigenwijs, verwaand; hoogmoedig, trotsch, ingebeeld.
*-WIJSHEID, v. gmv. laatdunkendheid, ingebeeldheid.
*-WIJZE, m. (-n), ingebeelde gek.