Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Gepubliceerd op 05-07-2020

Genus

betekenis & definitie

Geslacht; een van de categorieën, direct boven de soort, die in de taxonomie gebruikt worden voor de indeling en naamgeving van organismen

Tot een genus (meervoud genera) behoren meerdere species, terwijl meerdere genera vallen onder een familie. Met de toevoegingen “sub” en “super” kan de indeling verder verfijnd worden, maar de term supergenus is niet gangbaar. In plaats daarvan gebruikt men de aanduiding “tribus” (enkelvoud en meervoud hetzelfde). Dit wordt vooral gedaan als er sprake is van grote families, met ook grote subfamilies die ecologisch herkenbare deelgroepen bevatten. Bijvoorbeeld, de loopkevers (Carabidae) zijn een familie van de kevers met duizenden soorten. De zandloopkevers, Cicindelinae is één van de subfamilies, die weer onderverdeeld wordt in meerdere tribus, o.a. Cicindelina, een tribus die weer tientallen genera bevat.

Bij de indeling van de homininen (een subfamilie) worden de Australopithecus-soorten vaak samengenomen in een tribus, die dan Australopithecines heet.

De genusnaam wordt ook doorgezet in de naam van de soort. Bijvoorbeeld de soort Homo sapiens draagt de naam van het genus waartoe hij behoort (Homo), gevolgd door het soort-epitheton “sapiens”. De term “epitheton" is afkomstig uit de Griekse mythologie, waarin goden en helden vaak aangeduid werden met vaste versierende toevoegingen, bijvoorbeeld “snelvoetige Achilleus”. De genusnaam heeft altijd een hoofdletter, het soort-epitheton nooit.

De categorie “genus” is kunstmatig. Er zijn nauwelijks biologische criteria op grond waarvan besloten kan worden of een groep species samengenomen kan worden tot een genus, behalve dat de species die in hetzelfde genus vallen meer op elkaar lijken dan species uit verschillende genera. In de fylogenie streeft men er wel naar dat elk genus een monofyletische groep is (net als de andere taxa).