Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Gepubliceerd op 27-12-2020

Bipedalisme

betekenis & definitie

Het lopen op twee benen als gangbare manier van voortbeweging

Lopen op twee benen is het definiërende kenmerk van de homininen, die 6,5 miljoen jaar geleden afsplitsten van de Afrikaanse mensapen. Door de klimaatverandering in Afrika nam de oppervlakte savanne toe en de homininen maakten daarvan gebruik. Het bleek een enorm succes. Een groot aantal soorten ontstond en uiteindelijk ook de mens, Homo sapiens.

Er zijn verschillende theorieën over de voordelen van het bipedalisme. De meest gangbare verklaring legt de nadruk op de warmtehuishouding. Op de hete savanne onderschep je minder zonnestraling als je rechtop loopt en bovendien kun je zo gebruik maken van de afkoelende wind. Maar er waren ook allerlei voordelige neveneffecten, vooral omdat de handen vrij kwamen zodat materiaal meegenomen kon worden naar een thuisbasis. Later kregen de handen een functie bij de fabricage van werktuigen.

Bipedalisme is afgeleid van de knokkelgang van de mensapen. Het vereiste een groot aantal veranderingen in de schedel, de schoudergordel, de wervelkolom, het bekken, de knieën en de voet. In de schedel kwam het achterhoofdsgat midden in de schedelbasis te liggen in plaats van aan de achterzijde. Het bekken werd een komvormige structuur, korter en gekanteld met het schaambeen meer naar voren en het darmbeen naar achteren. Ook veranderde de aanhechting van de spieren die de benen bewegen.

De veranderingen in de schedel en het bekken kregen waarschijnlijk direct hun beslag, maar de andere aanpassingen werden geleidelijk gerealiseerd en bereikten pas bij Homo erectus hun menselijke situatie. Zo had Ardipithecus ramidus nog een grijpvoet en Australopithecus afarensis nog relatief korte benen.