Encyclopedie van de evolutiebiologie

Prof. Nico M. van Straalen (2019)

Gepubliceerd op 14-03-2019

Appendix

betekenis & definitie

Aanhangsel, m.n. wormvormig aanhangsel van de blinde darm (appendix vermiformis)

De darm van zoogdieren heeft veelal een grote blindzak, caecum of blinde darm, die een speciale rol vervult (fermentatie) in de spijsvertering. Bij de mens is echter de blinde darm heel klein en heeft een aanhangsel dat vaak gezien wordt als een typisch rudimentair orgaan, een evolutionair overblijfsel van de veel grotere blinde darm.

De appendix vertoont een onregelmatig patroon van aan- en afwezigheid binnen de zoogdieren. Hij is al ontstaan bij de eierleggende zoogdieren en buideldieren, maar vele zoogdieren hebben er geen, echter de primaten (en de mens) juist weer wel. Die van de gorilla lijkt het meest op de menselijke appendix. De appendix is bij de zoogdieren meer dan 30 keer onafhankelijk van elkaar ontstaan.

Dat de appendix rudimentair is betekent niet dat ze geen functie heeft. Twee functies zijn gedocumenteerd. In de eerste plaats bevat de holte van de appendix (een kanaal van 1 mm doorsnede) een groot aantal bacteriën die dienst doen als reservegemeenschap zodat de darm na een ernstige diarree weer snel gekoloniseerd kan worden. Bovendien bevat de appendix veel lymfeweefsel en is het de hoofdplek voor de synthese van immunoglobuline A, een belangrijk antilichaam in het immuunsysteem. In dierexperimenten blijkt echter dat wegname van de appendix niet leidt tot verlies van IgA-productie, dus kennelijk kan de functie overgenomen worden door ander lymfoïd weefsel van de darm. De functie als refugium voor darmbacteriën lijkt echter essentieel te zijn; mensen die een appendectomie hebben ondergaan (“blinde darmoperatie”) hebben een licht verhoogde kans op darmproblemen, vooral mannen.