Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 20-06-2017

Webcam

betekenis & definitie

Webcam - (Eng.), zie tweede citaat.

Al had het vaak weinig om het lijf, de webcam gaf een nieuwe realiteit weer. Een niet-gecomprimeerde realiteit, trager maar directer, en daarom levensecht. HP/De Tijd, 16-01-98

Omdat webcams, de kleine videocameraatjes die je boven op een pc of tv plaatst, er ook leuker kunnen uitzien, pakt Philips uit met deze grappige USB-pc video camera’s. NetWerk, mei 1998

Op de per e-mail gestelde vraag of de webcam zijn ego streelt, antwoordt hij: ‘Het streelt mijn alter ego.’ Elsevier, 26-06-98