Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Gepubliceerd op 10-03-2020

Te geef

betekenis & definitie

Voorkomende in de uitdrukking te geef zijn, niets kosten (vgl. eng. at a gift), iets te geefhebben, er niets voor hoeven te betalen, en iets niet te geef hebben, het niet voor niet hebben, er veel voor moeten betalen, beteekent eigenlijk tot gunst, ten einde zijne gunst te bewijzen, en, bij uitbreiding: zonder loon of vergoeding te verlangen, om niet, gratis (bij Spieghel, 62: ter schenk), en beantwooordt volkomen aan het angs. tö gife, dat ook die laatste beteekenis had.

In onze taal komt te geve in de Middeleeuwen voor in de Inform. 52: Lant dat men niet en zoude willen hebben te geve. Zie het Ndl. Wdb. IV, 661; Mnl. Wdb. II, 1788; vgl. het dial. vergeefs, gratis, en het fr. c'est une donnée; c'est donné.