Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Gepubliceerd op 10-03-2020

Oude koeien uit de sloot halen

betekenis & definitie

D.w.z. oude reeds lang vergeten zaken, twisten, grieven weer oprakelen.

Bij Servilius, 207 luidt deze spreekwijze laet gheen oude koyen wter grachten trecken in de bet. van nemalorum memineris; bij Sewel, 403: De verdronke koe uit de sloot haalen (de slaapende hond wakker maaken), to revive or renew aquarel; Halma, 275. De bedoeling zal geweest zijn, koeien die al lang verdronken zijn, weer uit de gracht ophalen, hetgeen we meenen te mogen opmaken uit Gew. Weeuw, II, 24: Zy haalen koejen uit de sloot, die dertig jaar verdronken zijn geweest; Pamfl. Muller no. 3338, samenspr. c. 45: Dat zijn oude verdroncken koeyen uit de sloot gehaelt; Pers, 186 b: En alsoo hier door de oude koeyen van 't jaer 49 en 50 wierden uyt de sloot gehaelt. Zie ook nog W. Leevend I, 262; Abr.

Bl.
210; V. Janus, 369; III, 36: Oude koeien stil laten liggen; Schoolm. 123. In Zuid-Nederland is deze spreekwijze algemeen in gebruik; Teirl. II, 159: oude koeien uit de grachthalen naast ge moet geen ouwe peerden uit de gracht halen (Antw. Idiot. 1962); zie Joos, 108; 147; Schuermans, 269; Waasch Idiot. 359; Villiers, 65; Volkskunde IX, 204, evenals in het Friesch: hy hellet alde ky ut 'e sleat, waarnaast ook bekend is gjin alde kestanjes ütit fjurhelje, geen oude grieven opperen. Zie verder Harreb. III, 263.