Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Gepubliceerd op 10-03-2020

Iemand (of iets) op de proef stellen

betekenis & definitie

D.i. iemand of iets aan eene proef, een onderzoek onderwerpen; beproeven, om de innerlijke waarde te onderzoeken, vooral gezegd van iemands eigenschappen of gezindheden, als: geduld, vroomheid, deugdzaamheid, enz.

Oorspr. gezegd van ertsen of metalen, naar wier allooi, gehalte, een onderzoek gedaan wordt en bij uitbreiding toegepast op personen en hunne eigenschappen; vgl. Spreuken XVII, 3; mnl. enen ter proeve doen. In de 17de eeuw komt de uitdr. o.a. voor bij Vondel, Salmoneus, vs. 267: Uw Heiligheit wort op de proef gestelt; Pers, 510 a: Deze raed zijnde van Alva op den proef gestelt, pooghde men nu te voltrecken; zie verder [I]C.[/I] 1) Baumeister, Denkmahler des Klass. Altertums III, 1787; Lübker, Reallexikon des Klass. Altertums, 1176. Wildsch. IV, 428; Halma, 644; Waasch Idiot 655 b: iemand op den toetssteen leggen; Afrik. iemand op die proefstel; hd. einen auf die Probe stellen, setzen, legen; fr. mettre qqn a l'épreuve; eng. to put a person to the test (or proof).