D.w.z. de jongste zoon, aldus genoemd naar den jongsten zoon van Jacob; ook de lieveling van vader en moeder, de frul of 'et febbeken, zooals de Antwerpenaars zeggen.
Zie Laurillard, 5; Zeeman, 71 en Antw. Idiot 415; 4351). Ook in het fr. en hd. wordt Benjamin in dezen zin gebruikt.