Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Gepubliceerd op 10-03-2020

Alle goede dingen bestaan in drieën

betekenis & definitie

Prof.

Fockema Andreae deelt, naar aanleiding van dit gezegde in de Mededeelingen van de Maatschappij der Nederl. Ltk. 1897-98, bl. 117 het volgende mede: ‘Het getal drie speelt, het is bekend, in de oude zeden een groote rol1), maar allicht zou de algemeene uitspraak niet zoo absoluut voortleven in den volksmond, als zij niet als rechtsregel van groote beteekenis was geweest. Er zijn 3 dingen (d.i. gewone terechtzittingen), 3 gemeene waarheden, 3 ommegangen. Het echte ding duurt 3 dagen. Eerst driemalig verstek heeft volledig gevolg. Wie zijne macht over eene onroerende zaak uiterlijk wil vertoonen, moet die 3 dagen bezitten, en er 3 gasten ontvangen.

Een pand mag eerst aan den pandhouder in eigendom worden toegewezen, als het 3 maal ter lossing geboden is. Is er gepand aan iemands poortrecht, dan moet hij 3 maal om den blauwen steen worden geleid alvorens te worden ontpoorterd. Wie hapert of stamelt bij het doen van den eed, wordt geacht dien niet gedaan te hebben. In gewichtige zaken mag hij echter den eed driemaal beproeven. Bij verkoop moet men somtijds de zaak driemaal bieden, uitroepen (om tot verzet gelegenheid te geven). Vandaar ongetwijfeld nog eens ‘eenmaal, andermaal, ten derden en laatsten maal’.

Waar het oproeping ter terechtzitting geldt, wordt hier en daar o.a. in zeezaken aan de drie ten overvloede, om de maat vol te meten, nog een vierde toegevoegd. Ook dit gebruik schijnt nu nog in den volksmond bewaard, maar in den vorm, dien ik niet volkomen kan verklaren, nl. in dezen: ‘driemaal is scheepsrecht, en éen voor den knecht’; vgl. fri. trije is skippers-rjucht en ien forde feint (d.i. drie is schippersrecht en éen voor den knecht). Zie ook Boefje, 146: Hij nam er nog maar eentje voor 't sjegrijn, en 'n slaapmussie, en eentje omdat driemaal scheepsrecht is; Molema, 366 b: 't Darde moal is schippersrecht; Eckart, 85: drêmael is Burrecht; Dirksen, II, 20: dremalis östfrese recht; Wander I, 695; Ons Volksleven VIII, 229 en Antw. Idiot. 378: alle goede dingen bestaan in drij; fr. le troisième coup fait feu; hd. aller guten Dinge sind drei; eng. the third time is lucky, third time is catching time.