NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Vijgh, joost

betekenis & definitie

VIJGH (Joost), heer van IJzendoorn, geb. te Tiel en aldaar overl. 3 Jan. 1666, zoon van Dirk (vgl. artikel) en van Theodora Pieck, vrouwe van IJzendoorn, verscheen onder de Ridderschap van Nijmegen 1621-65, was lid der admiraliteit te Amsterdam, sedert 15 Mrt. 1639 raad en in 1653 president van het hof van Gelderland, curator van de academie te Harderwijk 1647-57, Gedeputeerde 1648-65. In Juni 1647 tot curator der nieuw opgerichte hoogeschool te Harderwijk benoemd, hield hij 12 Apr. 1648 op het koor der kerk aldaar de inwijdingsrede onder den titel: De erigendae Academiae causis praefatio.

< >