NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 06-05-2022

Otterloo, michiel derk van

betekenis & definitie

OTTERLOO (Michiel Derk van), een der ijverigste voorstanders van het christelijk onderwijs, geb. 7 Aug. 1810 te Leeuwarden en overl. 18 Sept. 1880 te Valburg in de Betuwe, waar hij van 1839 tot 79 hoofd der openbare lagere school was. Na eerst in zijn geboorteplaats als klerk ter griffie werkzaam te zijn geweest, behaalde hij op zijn 17de jaar den 4den onderwijsrang, weldra den 3den en werd ondermeester te Haarlem, Vianen, Monster en Neede. In 1830 en 31 streed hij als vrijwilliger mee tegen de ‘ontzinde’ Belgen, legde, bij het onderwijs teruggekeerd, ook het examen voor den 2den rang af, behaalde tevens enkele bijakten en werd in 1839 tot hoofdonderwijzer der openbare school te Valburg benoemd. Van Otterloo nam een zeer werkzaam aandeel in den strijd tegen de neutrale school en schaarde zich aan de zijde van Groen van Prinsterer, Keuchenius, Kuyper e.a., tegen de ‘ontchristelijking’ van ons onderwijs. Tal van opstellen in het Maandschrift voor Christelijke opvoeding in school en huis, De Hoop des Vaderlands e.a. tijdschriften getuigen hiervan; eveneens zijn boek: De lagere school in hare verhouding tot huisgezin, kerk en staat (1866), gevolgd door zijn Bijdragen der toelichting van de schoolkwestie, 2 dln. (1874). Verder schreef hij een Geschiedenis des vaderlands (1861) en met zijn vriend J.H.Veenendaal een Landhuishoudelijk rekenboek geschikt voor de lagere school ten platte lande (1851).

Zie: J. Kuiper, Gesch. Chr. Onderwijs in Nederl. 2de dr. (1904), 245 e.v.

Zuidema

< >