OLM is de naam van meer dan een bekend rekenmeester en wiskunstenaar uit de 18de eeuw.
J.M.van Olm, misschien dezelfde als die onder den naam J. van Olmen Jan van Olm voorkomt, schreef een Arithmetica ofte Rekenkonst vervattende een onderwijs derregelen en voorbeelden op de negotie toepasselijk (1729; 5de dr. 1774,13e dr. van Matth. van Olm Jz. uitgekomen Gron. 1808). In den Catalogus derPaedag. Biblioth. van 't Ned. Ond. Gen. te Amsterdam (1891) 202, wordt onder de handschriften genoemd: L. Freem, Bijvoegsel op het rekenboek van J. van Olm (1838).
Mattheus van Olm schreef een Kort onderwijs in de zeevaart ofkonst der Stuurlieden (1762, 1765, 1772, 1787, 1802) en een SchatkamerderNegotie of Grondig onderricht in het Italiaansch boekhouden (1759, 1766, 1768). Verder heeft men van hem Tijdreken!C oeffeningen (Gron. 1790) en een Bijvoegsel van 60 voorbeelden achter het rekenboek van J. van Olm, rekenkunstig opgelost (1793; in 1830 opnieuw uitgegeven: overeenkomstig het nieuwe stelsel van Nederlandsche munten, maten en gewichten).
Ook L. van Olm was een schrijver van veel gebruikte rekenboeken. Onder zijn naam vindt men eveneens 60 Voorbeelden rekenkunstig opgelost (herdr. Gron. 1811) en 75 Voorbeelden rekenkundig opgelost (Gron.) vermeld.
Zuidema
OLTMANS (Alexander), broeder van den volg., geb. 25 Febr. 1814 te Amsterdam en overl. ald. 10 Apr. 1853. Zijn vader, ook AlexanderO. geheeten, was ontvanger der directe belastingen in genoemde stad en de zoon was bij den vader op 't kantoor werkzaam, tot diens dood in 1838. Had hij zich tot dien tijd in zijn vrije uren met ijver op de teeken- en schilderkunst toegelegd, na dit jaar wijdde hij zich bijna uitsluitend aan muziek en letteren. Geen goede gezondheid genietende, stelde de jonge Oltmans zich zelf toch hooge eischen. In 1845 werd hij benoemd tot plaatsvervangend of 2den secretaris van de Maatsch. ‘Arti et Amicitiae’ en twee jaar later tot 1sten secretaris, welke betrekking hij tot zijn dood vervulde. Tevens was hij opzichter van de vereeniging ‘Tot bevordering van beeldende kunsten’, nauw aan de belangen van ‘Arti et Amicitiae’ verbonden. De vruchten zijner letterkundige en archaeologische studiën heeft Alex. Oltmans neergelegd in enkele tijdschriften van die dagen, o.a. in de Kunstkronyk een opstel over het praalgraf van Karel van Gelre in de St. Eusebiuskerk te Arnhem, en in de Bouwkundige Bijdragen van de Maatsch. tot bevordering der bouwkunst een opstel over den toren van de Oude kerk te Delft en een over de kapellen op het Valkhof te Nijmegen. Dit laatste opstel werd door hem in 'tfransch vertaald en afzonderlijk uitgegeven onder den titel: Description de la Chapelle Carolingienne et de la Chapelle Romane, restes du chateau de Nimègue.
Oltmans was lid van de Kon. Acad. v. Beelden de kunsten te Amsterdam, van het Comité historique des arts et monuments te Parijs en van de Maatsch. der Ned. Letterk. te Leiden.
Zie: Levensber. Letterk. 1853, 104.
Zuidema