Natuurdiëtisten Nederland

Marijke de Waal Malefijt (2020)

Gepubliceerd op 15-10-2019

Nanodeeltjes

betekenis & definitie

Nanodeeltjes zijn zeer kleine deeltjes die zo worden genoemd omdat ze een afmeting hebben van minder dan 100 nanometer (nm). Eén nanometer is een miljoenste deel van een millimeter, oftewel 0,000001 millimeter. Er zijn gefabriceerde (synthetische) nanomaterialen, en nanodeeltjes die van nature in het milieu aanwezig zijn.

Door de grootte en de soort vorm kunnen nanodeeltjes de eigenschappen van het product beïnvloeden. Hierdoor ontstaan geheel nieuwe materialen of kunnen bestaande producten nieuwe eigenschappen krijgen, bijv. ondoorzichtige materialen die transparant worden. Nanomaterialen worden o.a. gebruikt in verf, bouwmateriaal, zonnecellen, batterijen en in medicijnen. Ook voedingsmiddelen kunnen nanodeeltjes bevatten. Ze kunnen van nature aanwezig zijn, bijv. eiwitten in melk (caseïne), of worden toegevoegd.

In de medische wetenschap is nanotech populair. Denk daarbij bijv. aan nanocellen die vet kapot kunnen maken. Of minuscule deeltjes die kanker meteen kunnen opsporen of zelfs uitroeien. Daarmee wordt momenteel hard geëxperimenteerd, al gaat dat voornamelijk nog op papier en in zeer kleine mate in laboratoria. Er is echter nog maar weinig bekend over het gedrag van nanomedicijnen in het lichaam.

In de voedselindustrie worden nanomaterialen in de hele productieketen toegepast. Zilver of goud in nanovorm kan toegepast worden als bacteriedodende coating op apparatuur die wordt gebruikt voor voedselproductie, en kan zo mogelijk in voedingsmiddelen terecht komen.

Veel bestaand voedsel wordt ‘gezonder’ gemaakt door de hoeveelheid vet of zout te verkleinen, zodanig dat het de smaak niet verandert. Zo kan men met ‘nanozout’ – normale zoutkristallen, maar dan kleiner – chips maken die smaakt zoals men het gewend is, maar veel minder zout bevat.
Op een vergelijkbare manier probeert men voedsel te verrijken door extra vitaminen, mineralen of geneeskrachtige stoffen toe te voegen. Zelfs voedsel waarin glucose gedoseerd wordt afgegeven (voor diabetici) of medicijnen aan bloed afgegeven worden, behoren tot de mogelijkheden.

Producenten van voedingsmiddelen zijn verplicht om als synthetisch geproduceerd nanomateriaal in een product is verwerkt, op het etiket bij de naam van het ingrediënt het woord ‘nano’ te vermelden. Deze vermelding geeft geen informatie over het risico van het betreffende nanomateriaal.

Koolstofnanobuizen (CNT’s) worden veel gebruikt om sterke, lichtgewicht producten te vervaardigen, zoals fietsframes, maar ook computerchips. CNT’s lijken m.b.t. hun structuur en afmetingen op asbest. Daarom kan men zich afvragen wat voor effecten het gebruik hiervan zal hebben op gezondheid en veiligheid op de lange termijn.

Onderzoek heeft aangetoond dat nanomateriaal via het voedsel, de ademhaling of de huid het lichaam kan binnendringen en oorzaak kan zijn van biologische schade. Die betreft in alle gevallen schade aan stofwisseling, zoals oxidatiestress (blootstelling aan een teveel aan vrije radicalen), verstoring van de celoverdracht van moleculen en schade aan de mitochondriën (de ‘energiecentrale’ van de cel).

Proefdieronderzoek naar nanomaterialen van koolstof en goud heeft aangetoond dat nanomaterialen ook via de neus en de reukzenuw de hersenen kunnen bereiken.
Ook bestaat het gevaar dat piepkleine nanodeeltjes zich kunnen ophopen in planten en dieren, een proces dat bioaccumulatie heet. Via ons voedsel of drinkwater komen deze deeltjes dan in het menselijk lichaam terecht.

Op de lijst van verdachte nanostoffen staat o.a. titaniumdioxide (TiO2), ook bekend als E171. Het is een witte kleurstof die gebruikt wordt in producten zoals: verf, lak, plastic, inkt, voedsel, medicijnen, tandpasta, cosmetica en kauwgom.
Wetenschappers denken dat titaniumoxide de aanmaak van slijm door darmepitheelcellen onderdrukt. De slijmlaag is een belangrijke barrière die darmbacteriën weghoudt van de darmwand. Een gevolg van het ontbreken van een intacte slijmlaag zijn ontstekingen.

Transparantie van de industrie over waar ze mee bezig zijn speelt een grote rol m.b.t. de vraag of de consument nanofoods wil omarmen. De voedselindustrie houdt de lippen echter stijf op elkaar over nanofoods, uit angst voor boze consumenten die nanotechnologie – en daarmee hun producten – de rug toekeren. Ze hebben immers de ophef rond genetisch gemodificeerd voedsel in de jaren negentig nog vers in hun geheugen zitten.

In de wetenschappelijke literatuur lijkt overeenstemming te bestaan over het feit dat er geen veilige blootstellingslimiet is voor kunstmatige nanodeeltjes. Ze zijn dus altijd schadelijk, zelfs in zeer kleine hoeveelheden.

U kunt uzelf beschermen door zoveel mogelijk natuurlijke, biologische producten te kopen en op zoek te gaan naar fabrikanten die verklaren dat zij geen nanotechnologie gebruiken.