Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Jac, van kempen

betekenis & definitie

* 15. 10. 1875 te Zierikzee, tenorzanger. Leerling van het Conservatorium te Amsterdam en daarna nog 2 jaren van Corn. van Zanten te Berlijn.

Hij woont al sedert jaren te Bloemendaal en treedt op als oratorium- en concertzanger. Zoowel in Nederland alsook in het buitenland oogstte hij vele lauweren; het geheele oratorium-repertoire wordt door hem beheerscht. v. K. maakte mèt Ger. Zalsman, Johanna v. d. Linde en Hermine Scholten deel uit van het Zalsman-kwintet.